Tussen 2008 en 2018 is in bijna alle Nederlandse gemeenten het aandeel gehuwde inwoners afgenomen. De gemiddelde afname per gemeente was 8,6%. Enkel op Urk bleef het aantal gehuwden in tien jaar gelijk, op 63%. Ook in Oldebroek, Leeuwarden en Renswoude nam het aantal gehuwden weinig af: tussen de 1,6% en 2,4% afname.
Gemeenten waar de afname het grootst was waren Steenbergen en Maastricht. In beide woonplaatsen nam het aantal gehuwden met ruim 16% af. In de provincie Limburg is een bovengemiddelde afname te zien van 9,9% tussen 2008 en 2018. In Limburg ligt de afname tussen de 8% en 12%. De enige uitzonderingen daarop zijn naast Maastricht ook Gennep (-5,6%) en Vaals (-12,2%) en Roermond (-12,5%).
In Zeeuwse gemeenten nam het relatief aantal gehuwden het minste af, namelijk met 7%. De gemeente Veere noteerde met 4,2% de kleinste afname.
Tussen de jaren ‘50 en de jaren ‘70 was trouwen super populair en nam het relatieve aantal gehuwden toe. Op het hoogtepunt in 1975 was zelfs 65,5% van de Nederlandse bevolking met een leeftijd hoger dan 15 jaar getrouwd. Zo’n flinke stijging is sinds dat moment wel verleden tijd, want in de grafiek kun je zien dat het deel van de bevolking dat getrouwd is steeds kleiner wordt.
"Neem je tot je wettige echtge… pardon, geregistreerde partner..." Vanaf 1998 was het mogelijk om een geregistreerd partnerschap aan te gaan en in de loop van de tijd is dit alleen maar populairder geworden. In de eerste jaren na invoering werden vooral partnerschappen gesloten tussen paren van hetzelfde geslacht. Het homohuwelijk was toen namelijk nog niet ingevoerd, dus was dit dé optie voor de LGBT-community.
Het aantal huwelijken nam ondertussen verder af, op een toename in 2002 na. In dat jaar trouwden Willem-Alexander en Máxima op 02-02-2002. Daardoor waren die datum en 20-02-2002 en 22-02-2002 erg populair. Het zorgde voor een opleving rondom het huwelijk.
De populariteit van het partnerschap is mogelijk de oorzaak van de verdere afname van het aantal gesloten huwelijken. Steeds meer koppels lijken voor een meer zakelijke keuze te gaan, in plaats van de romantiek en feestelijkheid van een huwelijk. Voor het totale aantal verbintenissen (dus huwelijkssluitingen en partnerschapsregistraties bij elkaar) is opvallend genoeg geen sterke afname meer te zien.
Wil je weten hoeveel mensen in jouw gemeente getrouwd zijn? Zoek het op in dit kaartje:
De verstedelijking neemt ondertussen steeds verder toe. Wonen in de stad wordt steeds populairder, maar wat heeft dit te maken met huwelijkstrends? Oftewel: wordt er vooral in stedelijke gebieden minder getrouwd?
In 2019 is in heel Nederland nog maar 46,1% van de bevolking met een leeftijd boven de 15 jaar getrouwd. In Amsterdam en andere grote steden blijkt dat zelfs nog minder. Van alle inwoners van onze hoofdstad is slechts 28,5% getrouwd.
Niet alleen in grote steden hangt de bevolkingsdichtheid samen met het aantal getrouwde inwoners per gemeente. Zo vind je juist in gemeenten met weinig inwoners per km², zoals in de gemeente Rozendaal, het grootste aantal getrouwde inwoners. Hier wonen slechts 56 inwoners per km² en daarvan is 62,5% gehuwd.
Hoe dichter mensen bij elkaar wonen, hoe minder huwelijken er zijn. Dit blijkt al lange tijd het geval, maar in 1998 was ook in dichtbevolkte gebieden ruim de helft van de mensen getrouwd. Inmiddels geldt dat alleen nog voor gemeenten met minder dan 1.000 inwoners per km². Voor gemeenten met 500-1.000 inwoners per km² geldt het overigens nog net, daar is iets meer dan 50% getrouwd.
In de gemeente Steenbergen nam het aantal gehuwden het snelst af. Waar in 1998 64% van de bevolking getrouwd was, bleek dit tien jaar later dit nog maar 58,8%. In 2018 was minder dan de helft van de Steenbergse bevolking getrouwd: 49,3%.
inwoners per km² | 1998 | 2008 | 2018 |
---|---|---|---|
0-499 | 61,79% | 58,52% | 53,41% |
500-999 | 60,73% | 56,42% | 51,01% |
1000-1499 | 57,66% | 53,30% | 49,22% |
1500-2499 | 56,56% | 52,37% | 47,02% |
2500+ | 53,15% | 48,44% | 44,57% |
Het aantal gehuwden lijkt in stedelijke gebieden alleen maar verder af te gaan nemen, want er worden ook minder nieuwe huwelijken gesloten. Relatief gezien worden er veel meer huwelijken gesloten in dunbevolkte gebieden. Met name in de streken waar minder dan 500 mensen per km² wonen, zoals op het platteland, geven veel mensen elkaar het jawoord.
In vijf jaar tijd vonden er in dunbevolkte gebieden per jaar gemiddeld zo’n 11 huwelijken per 1.000 inwoners met een leeftijd van minimaal 15 jaar plaats. Voor dichtbevolkte gebieden ligt dit aantal een stuk lager: jaarlijks vonden ongeveer 4 huwelijken per 1.000 inwoners plaats.
Een rekenvoorbeeld: stel dat je in een gemeente woont van 1 km² waar meer dan 2.500 mensen wonen. Omdat er per 1.000 inwoners 4 huwelijken worden gesloten, zullen er in zo’n gemeente ongeveer 10 huwelijken per jaar zijn.
Maar dan natuurlijk de hamvraag: maakt trouwen nou daadwerkelijk gelukkiger en kunnen we dus stellen dat het geluksgevoel samenhangt met trouwen? Ja, zo blijkt uit data van het CBS. Van 1998 tot 2009 vroeg het CBS personen naar hun geluksgevoel. Ieder jaar gaven ze aan of zij gelukkig waren of niet.
Van alle mensen die een verbintenis aangingen, gaf in die 16 jaar gemiddeld 91% aan gelukkig te zijn. Zowel in aanloop naar als na afloop van de bruiloft of het sluiten van een partnerschap was men gelukkiger. En de trouwerij zorgt voor een flinke piek in het geluksgevoel, want in het jaar dat men de verbintenis sloot was 94,3% gelukkig. Dat geluksgevoel houdt nog lang aan, want tot vijf jaar na het huwelijk geeft nog steeds 93,3% van de mensen aan gelukkig te zijn met hun leven. Je vraagt je nu natuurlijk af of het ook daadwerkelijk zo is dat mensen die niet trouwden ook echt aangaven minder gelukkig te zijn en ook dat is waar. Van alle mensen die in die periode niet trouwden, was ‘slechts’ 88% gelukkig. Het geluksgevoel van deze groep veranderde nauwelijks, want in de onderzoeksperiode was minimaal 87,9% en maximaal 88,1% gelukkig.